Het Groningengasveld is het grootste veld in onze provincie en Europa. De minister van Economische Zaken en Klimaat (EZK) bepaalt ieder jaar in oktober hoe hoog het niveau van winning van gas uit het Groningenveld mag zijn via een zogenaamd vaststellingsbesluit. Het kabinet heeft op 29 maart 2018 besloten om de gaswinning uit het Groningenveld zo snel als mogelijk af te bouwen en in ieder geval per 2030 volledig te beƫindigen.
Voordat de minister over de hoogte van de winning besluit vraagt hij advies aan verschillende deskundigen. Ook overheden die onder de werking van het gasveld vallen, zoals de provincie Groningen, kunnen de minister hierover adviseren. Op basis van de ingewonnen adviezen maakt de minister een ontwerp-vaststellingsbesluit. Op dit besluit mag iedereen die bij het gasveld betrokken is reageren (een zienswijze indienen). Tenslotte beoordeelt de minister deze zienswijzen en stelt hij een definitief vaststellingsbesluit vast.
In het vaststellingsbesluit bepaalt de minister de hoogte van de winning en de voorwaarden waaronder gewonnen mag worden. Tegen dit definitieve besluit kan nog beroep bij de Raad van State worden aangetekend. Voor het gasjaar 2018-2019 hebben de Groninger overheden (provincie, Groninger gemeenten, waterschappen en veiligheidsregio) een advies en een zienswijze ingediend en tevens gebruik gemaakt van de mogelijkheid om in beroep te gaan bij de Raad van State. Voor het gasjaar 2019-2020 zijn ook een advies en een zienswijze ingediend.
Op 3 juli 2019 heeft de Raad van State het gasbesluit 2018-2019 van minister Wiebes vernietigd. Minister Wiebes (EZK) moet beter motiveren waarom de gaswinning na afloop van het gasjaar 2018-2019 niet sneller kan worden afgebouwd naar nul.