De Groningse overheden maken geen bezwaar tegen de ombouw van de gasopslag bij Grijpskerk. De gasopslag voorziet nu nog in de opslag van hoogcalorisch gas (een type gas dat veel minder stikstof bevat, waardoor hier meer energie uit kan worden gehaald). Het ombouwen van de opslag naar laagcalorisch gas is een belangrijke voorwaarde voor het eerder kunnen stoppen van de gaswinning en het sluiten van het Groningenveld.
Staatssecretaris Vijlbrief publiceerde op 14 februari zijn besluit over het opslagplan Grijpskerk. Belanghebbenden kunnen eventueel bezwaar maken tot 28 maart. Omdat de ombouw een belangrijke voorwaarde is voor de sluiting van het Groningenveld en de ombouw niet leidt tot grotere onveiligheid voor de inwoners, neemt de regio geen verdere juridische stappen tegen het besluit van de staatssecretaris.
Waarom is de ombouw noodzakelijk?
Momenteel mag in de opslag Grijpskerk alleen hoogcalorisch gas worden opgeslagen. Het besluit maakt de opslag van laagcalorisch gas mogelijk. Door Grijpskerk te gebruiken als opslag voor laagcalorisch gas kan het Groningenveld sneller dicht. Grijpskerk kan dan namelijk als buffer gebruikt worden in koude perioden om in de leveringszekerheid te voorzien. Het laagcalorisch gas dat in Grijpskerk wordt opgeslagen kan dan gebruikt worden voor huishoudens.
Veiligheid en schade
Het Staatstoezicht op de Mijnen (SodM) geeft aan dat Grijpskerk op een veilige manier kan worden ingezet als opslaglocatie voor laagcalorisch gas. Net als bij de opslag van hoogcalorisch gas blijft er nog steeds een kans op aardbevingen en enige schade aan gebouwen kan ook niet worden uitgesloten. Bij de ombouw tot laagcalorische opslag blijft het niveau van veiligheid van de omwonenden gelijk. De Groningse overheden willen dat de schadeafhandeling volgens het principe van het wettelijk bewijsvermoeden plaatsvindt. De staatssecretaris geeft in zijn besluit aan dat hij hiervoor openstaat en dit wil bespreken in het omgevingstraject met de partijen uit het Westerkwartier en Noordenveld. De regio houdt hierbij vinger aan de pols.