Duizenden panden in het Gronings gaswinningsgebied die voor versterking in aanmerking komen verschuiven van risicoprofiel: 5.000 naar een verhoogd risicoprofiel en 3.000 naar een lichter risicoprofiel. Dat is de algemene conclusie van het Staatstoezicht op de Mijnen (SodM), tijdens een presentatie aan regionale bestuurders op dinsdag 26 maart. ,,Het huidige versterkingsprogramma moet met de grootst mogelijke aandacht en kracht worden doorgezet'', concludeert inspecteur-generaal Theodoor Kockelkoren.
Minder kans op aardbevingen
De zogenaamde HRA-meetmethode, waarmee het veiligheidsrisico wordt vastgesteld voor woningen in het Gronings aardbevingsgebied, is verrijkt met de meest actuele gegevens over de afbouw van de gaswinning en de voorspelde seismische activiteit. SodM heeft bekeken of deze 'verrijking' van de methode goed is verlopen. Kockelkoren concludeert dat door de afbouw van de gaswinning in Groningen de kans op aardbevingen is afgenomen en daarmee ook het veiligheidsrisico voor gebouwen.
Risicoprofielen veranderen
Volgens de inspecteur-generaal geeft het verrijkte model betere informatie over individuele gebouwen. Dat leidt tot de verschuivingen in de risicoprofielen van huizen. Het aantal gebouwen met een (licht) verhoogd risicoprofiel is afgenomen van circa 7.200 naar circa 5.500 gebouwen. Tegelijkertijd zorgen de verbeteringen in de gebouwendatabase voor verschuivingen. Van de circa 150.000 gebouwen die zijn geanalyseerd hebben ongeveer 5.000 panden een lager risicoprofiel gekregen en ongeveer 3.000 gebouwen een hoger risicoprofiel. Van deze laatste hebben een paar honderd gebouwen een verhoogd risicoprofiel. De rest heeft een licht verhoogd risico.
Aanbevelingen
Kockelkoren benadrukt dat de huidige lokale versterkingsplannen moeten worden uitgevoerd zoals afgesproken. Ook zullen er geen panden geschrapt worden, maar komen er per saldo 3.000 bij. Hiermee komt het aantal panden in het versterkingsprogramma op 15.000. De inspecteur-generaal spreekt uit dat er vaart moet worden gemaakt met de versterking. Ook heeft hij enkele aanbevelingen. Zo moeten de bestaande planningen van opnames en beoordelingen die inmiddels met de inwoners gecommuniceerd zijn vaststaan en niet meer veranderd worden. Ook wil hij dat alle gebouwen die in de stutten staan worden opgenomen in de versterkingsplannen, als dat nog niet gebeurd is. Tenslotte ziet Kockelkoren geen enkele reden om de beschikbare informatie over schades bij de Tijdelijke Commissie Mijnbouwschade Groningen (TCMG) niet te delen met Nationaal Coördinator Groningen (NCG) en gemeenten. Hiervoor moet volgens hem spoedig iets geregeld worden.
Versterkingsoperatie
De nieuwe risicoanalyse heeft geen gevolgen voor huizen die al in de lopende versterkingsoperatie zitten. Regio en Rijk hebben eerder afgesproken dat alle huizen die eenmaal zijn opgenomen in de gemeentelijke versterkingsplannen hoe dan ook een opname en beoordeling krijgen. Dat geldt ook voor de panden die volgens de nieuwe HRA nu geen (licht) verhoogd risicoprofiel meer hebben. Ook is afgesproken dat huizen die nieuw in beeld komen in overleg tussen regio en Rijk worden opgenomen in de werkvoorraad voor opname en beoordeling. Dit gebeurt nog voor de zomer.
Jaarlijkse risicoanalyse
De jaarlijkse risicoanalyse (HRA) is uitgevoerd in aanloop naar het zogeheten vaststellingsbesluit waarmee minister Wiebes van Economische Zaken en Klimaat uiterlijk op 1 oktober moet bepalen hoeveel gas de NAM de komende periode uit het Groningenveld kan winnen. Daarnaast wordt de HRA op advies van de Mijnraad en SodM ook gebruikt voor de prioritering van de versterkingsopgave. Met de regio is eerder afgesproken dat de HRA daarvoor jaarlijks wordt geactualiseerd op basis van de nieuwste inzichten over de gaswinning, gebouweninformatie en kennis van de ondergrond.