Deze week mocht ik naar Hannover om met staatssecretaris Birgit Honé van de deelstaat Niedersachsen te praten over de Eems-Dollard. Zij presenteerde op 26 januari een plan om de rivier de Ems op te knappen. Dat is hard nodig, want er is veel slib en daardoor nog maar weinig zuurstof in deze rivier. De Europese Commissie dreigt Niedersachsen een straf op te leggen als dat niet snel verandert, want de Ems is een Natura 2000 gebied. De natuurdoelstellingen moeten wel gehaald worden, stelt de EU terecht.
Het Duitse herstelwerk in de Ems is natuurlijk van invloed op het Eems-Dollardestuarium. En dat estuarium moet ook opgeknapt worden. Daarom wilde ik van haar horen hoe zij hier tegenaan kijkt. In Groningen werken we immers hard, samen met het ministerie van Infrastructuur en Milieu en Rijkswaterstaat en allerlei andere deskundigen, aan plannen en mogelijke oplossingen voor de Eems-Dollard.
We moeten deze zaken op een slimme manier aan elkaar verbinden: wat pakken wij aan de Nederlandse kant op, en wat de Duitsers? Die vraag moet nu gesteld worden om gaandeweg de antwoorden te vinden.
Staatssecretaris Honé was dat gelukkig met me eens. Daarom spraken we af dat we elkaar weer opzoeken als dat nodig is en elkaar ondertussen te blijven informeren. Ik werd ook uitgenodigd om aan te sluiten bij de Duitse bestuurders die de Ems gezamenlijk oppakken. Het begin is er dus!
Onze afspraak was trouwens in een prachtig, statig pand. Ik werd ontvangen alsof het een staatsbezoek was. Mooi om dat eens mee te maken, al voelde ik me ook wel wat ongemakkelijk.
Honé bleek erg geïnteresseerd toen ze hoorde wat we in Groningen met het slib van plan zijn dat we uit het estuarium gaan halen. We willen het bijvoorbeeld uitrijden over de akkers in de Veenkoloniën, om daarmee de bodemstructuur te verbeteren. En we gaan slib gebruiken om een 'groene dijk' aan te leggen. Onze kennis en ideeën gaan we binnenkort in Duitsland toelichten. Honé nodigde ons daar voor uit. Fantastisch, zo wordt slib een beetje ons exportproduct!
Er zijn nog allerlei zaken die nog onduidelijk zijn. Want niet alleen de deelstaat Niedersachsen is voor ons een belangrijke partner, we moeten ook nog zaken doen met de Bundesregierung in Berlijn. Dat is weer een heel ander chapiter. Bovendien schuilt er het risico dat de Ems al wordt opgeknapt, terwijl wij in Nederland nog niet tot uitvoering kunnen overgaan. Tempoverschil dus.
Maar goed, het begin is er om vanaf nu samen op te trekken. En mocht u willen weten in welke taal we met elkaar spraken: Duits en Engels. Zo nu en dan werden er wat schwere Wörter gebruikt, maar de wil was er om elkaar te begrijpen. Al met al een goed, plechtig maar ook hartelijk bezoek.